Door: Anna Spoorman en Myrthe Lubbers
Studenten hebben zo hun eigen taal. Als buitenstaander of kersverse eerstejaars is dat soms best even wennen. Om je op weg te helpen in het studentenjargon hebben wij voor jou de belangrijkste woorden hieronder op een rijtje gezet.
A
Ab Actis = Secretaris. Lid van het bestuur dat zich bezighoudt met correspondentie, notuleren, en andere administratieve werkzaamheden.
Adtje Des = Adtje Des(interesse). Een glas in één keer leeg moeten drinken, omdat er niet goed is opgelet, bijvoorbeeld tijdens het spelen van een drankspel.
Adten = Komt van ‘Ad Fundum’ (tot de bodem). Je glas in één keer leegdrinken.
Afko = Afkorting van ‘afkorting’.
Almanak = Een jaarboek van universiteit of vereniging.
ALV = Algemene LedenVergadering. Een vergadering waarin het bestuur van een vereniging advies vraagt aan haar leden.
Amice = Een ander woord voor vriend.
Anciënniteit = Maat van rangorde die bepaald wordt door het aantal jaren dat iemand al lid is of in een huis woont. De anciënniteit bepaalt vaak de positie en de eventuele rechten en plichten.
Anytimer = Een adtje dat op elk moment uitgedeeld mag worden. Ook wel ‘any’.
Ar = Arbeider, burger, oftewel; Leienaar. Inwoner van Leiden die niet studeert.
Assessor = Bestuur- of commissielid met een specifieke functie, zoals interne zaken, Politieke zaken of het organiseren van evenementen.
Aspirant (lid) = Iemand die nog lid wil worden van een vereniging of dispuut, en nog KMT zal moeten lopen. Afkorting; ‘aspi’ of ‘A.L’.
AVG = Een bekend recept in menig studentenhuis. Staat voor: aardappelen, vlees/veg en groenten.
B
Bak = Biertje.
Bak trekken = Synoniem voor adten.
Bak vouwen = Veel biertjes drinken.
Bal = Ook wel bekend als de corpsbal. Student van een studentenvereniging die aangesloten is bij de Algemene Senaten Vergadering.
Barco = Afkorting voor bar commissie.
Barfen = Overgeven
Bavje = Ook wel bafje. Een Bavaria biertje.
Biba = Bitterbal: de onmisbare snack tijdens het terrassen.
Bij = Aanwezig.
Bodem leggen = Een goede maaltijd nuttigen, vóórdat je gaat drinken.
Biercantus = Een feest waarbij bier drinken en het zingen van muziek centraal staan.
Binnen de singels = Wanneer je binnen de grachten van Leiden bent, ook wel de binnenstad.
Borrelen = Met elkaar een drankje of meer nuttigen.
Borrel uitspelen = Tot het einde van de borrel blijven.
Brak = Een kater hebben.
Brallen = Studentikoos opscheppen of hard liederen van verenigingen/disputen etc. schreeuwen.
Brassen = Ontnemen (stelen) van objecten en logo’s van de vereniging, zoals vlaggen of spandoeken. Binnen 24 uur moet er door de vereniging een brasbrief worden geschreven en verstuurd waarin een tegenprestatie staat om de objecten terug te verdienen.
Breetels = Bretels.
Bruine fruitschaal = Een portie bittergarnituur.
BSA = Bindend Studie Advies, een beslissing van de universiteit of hogeschool over de voortgang van je opleiding, vaak betekent dit een minimaal aantal studiepunten dat je in je eerste jaar moet behalen om je studie te mogen voortzetten.
Bul = Een oorkonde die je krijgt van de universiteit als je een universitaire opleiding (master examen) hebt afgerond. Ook kun je een bul behalen na een inauguratie bij een vereniging.
Burger = Een niet-student, een arbeider.
Burgerrups = Andere naam voor trein.
Bussen = Een drankspel waarbij iedereen aan een tafel zit en om de beurt een kaart raadt.
BVO’tje = Een Biertje Voor Onderweg.
BYOB = ‘Bring Your Own Beverage’.
C
Cantus = Activiteit waar bier en zang een hoofdrol spelen.
CoBo = Constitutieborrel. Borrel ter gelegenheid van de aanstelling van een bestuur of commissie.
Commissie/Cie = Een groep personen die de verantwoordelijkheid draagt voor het uitvoeren van een specifieke taak, zo houden ze verenigingen draaiende.
Cordial = Zie jaarclub, ook wel cordi. Een subgroep van 12 tot 18 mannelijke of vrouwelijke leden binnen een studentenvereniging van hetzelfde lichtingsjaar (horizontaal verband).
Corps = Studentenvereniging die aangesloten is bij de Algemene Senaten Vergadering.
CVB = College van Bestuur. Het hoogste orgaan binnen de universiteit of hogeschool.
D
Das = Algemeen bekend als de stropdas, maar studenten noemen dit graag een das.
Datediner = Een diner waarbij je waarbij je met een groep dineert en ieder zijn eigen date meeneemt.
Dichtgetikt = Iemand die alleen nog maar over zijn/haar studentenleven en het wereldje daarom heen kan praten en weinig met mensen buiten zijn vereniging omgaat.
Dies = Verjaardag van bijvoorbeeld de Universiteit Leiden (8 februari) of een Vereniging of dispuut. [spreek uit als die-jes]
Dispuut = Een groep mensen binnen en vereniging waar studenten van verschillende lichtingsjaren lid van zijn (verticaal verband).
Dixo = Ander woord voor disco. Wordt door studenten vaak als vervangend woord voor feestje gebruikt. Zo geven studentenverenigingen of studentenhuizen soms een wekelijkse dixo of huisdixo.
Dubbelgemengd = Term voor studentenhuis waarin zowel mannen als vrouwen van verschillende verenigingen samenwonen.
Duft = Studenten uit Delft.
DUO = Een afkorting voor Dienst Uitvoering Onderwijs. Vaak ook wel ‘Ome DUO’ genoemd.
E
ECTS = European Credit Transfer System. Hiermee wordt de studielast in het hoger onderwijs aangegeven. 1 studiepunt staat voor 28 uur studie inspanning. Een studiejaar komt overeen met 60 studiepunten.
EL CID = Een afkorting voor ‘Enige Leidse Commissie Introductie Dagen’. Voor alle aankomende Leidse studenten de introductieweek om kennis te maken met alles wat Leiden te bieden heeft, zo leer je zowel de stad, je studie als het studentenleven kennen. De EL CID is toegankelijk voor elke aankomende student die een studie doet aan de Hogeschool Leiden of Universiteit Leiden.
Escaleren = Een avond doen escaleren betekent dat het een goede avond is geweest, die enigszins uit de hand is gelopen.
Extern = Iemand van buiten de vereniging of huis.
F
Faculteit = Een bestuurlijke eenheid voor verwante vakgebieden. De Universiteit Leiden is verdeeld in 7 faculteiten met verschillende opleidingen.
Fietsenmaker = Een Delftse student, doet vaak een technische opleiding aan de TU.
Fiscus = Een penningmeester houdt zich bezig met het geld en de financiële administratie van een vereniging of commissie. Ookwel quaestor genoemd.
Flaneren = Een rondje lopen om te kijken en gezien te worden.
Flunkybal = Een populair drankspel onder studenten dat buiten wordt gespeeld.
FSW = Faculteit Sociale Wetenschappen.
Fusie = Gezamenlijke kook/woonruimte in een studentenhuis.
G
Gemeentepils = Kraanwater.
Gezelschap = Subgroep binnen verenigingen waar studenten van meerdere jaren lid van zijn (verticaal verband).
Gnerk = Een bijdehante nerd. Gnerken kan ook als werkwoord gebruikt worden.
Gouden rakker = Een ander woord voor bier of pils.
H
Halve leo = Een blik bier van een halve liter.
Haarclip = Een bijzonder populaire haaraccesoire onder Leidse studenten .
HDP = Afkorting van heerlie de peerlie, voor als iets helemaal te gek is.
Her = Een afkorting voor hertentamen.
HG = Huisgenoot.
HJ = Afkorting voor huisjongste of Hertog Jan bier.
Hok = Bestuurskamer (BK) van het bestuur van een vereniging.
Horizontaal verband = Groep studenten waarvan leden uit hetzelfde jaar lid zijn geworden.
Hospi = Een afkorting voor hospiteren of hospitatie.
Hospiteren = Solliciteren voor een kamer in een studentenhuis.
Huisjongste = De HJ van het huis is de persoon die als laatste in het studentenhuis is komen wonen
I
Inauguratie = Een plechtige ceremonie waarbij iemand officieel wordt ingewijd bij een vereniging of groepering.
Indikken = Een kreet om een menigte te informeren dichter op elkaar te gaan Staan/zitten.
Instemmen = Een gebeurtenis onder studentenhuizen, disputen etc., waarbij de nieuwe eerstejaars worden gekozen.
Invechten = Leden van een vereniging proberen (al dan niet aangekondigd) het pand van een (andere) vereniging binnen te dringen, met als doel het veroveren van de bar.
Io Vivat = Een traditioneel Latijns studentenlied dat wordt gezongen aan het begin van het academisch jaar, bij veel verenigingen en tijdens de Dies Natalis.
Itakru = Italiaanse Kruiden
J
Jaarclub = Zie ook cordiaal of horizontaal verband. Subgroep binnen een vereniging van studenten van hetzelfde jaar.
Japie = (Jonge) jenever met appelsap.
Jasje Dasje = Een semi-officiële outfit met een colbert, das, (vaak) nette broek en schoenen.
K
KMT = Een afkorting voor kennismakingstijd. Tijdens de KMT zal je kennismaken met de studentenvereniging waarvoor je de KMT loopt, vooral niet te verwarren met de introductieweek die wordt georganiseerd door hogescholen en universiteiten.
Knor = Student die niet lid is van een corporale studentenvereniging, volgens leden van een corporale studentenvereniging. Volgens sommigen staat het voor: kent niet onze regels.
KOG = Afkorting van de Rechtenfaculteit. Het Kamerlingh Onnes Gebouw.
L
Leidens ontzet = Jaarlijkse Leidse feestdag. Op 3 oktober wordt de bevrijding van de stad Leiden in 1574 gevierd. De stad staat dan 3 dagen lang in teken van feest, een taptoe, een grote praalwagenoptocht, optredens en Kermis. De Universiteit en Hogeschool zijn dan allebei gesloten.
Leids kwartiertje = Universitaire traditie waarbij de colleges een kwartier later beginnen dan aangekondigd.
Louter = Ander woord voor ‘alleen maar’.
Lullepot = Een geïmproviseerd, verzonnen maar ludiek verhaal waarbij vooraf het onderwerp bepaald kan zijn.
Lustrum = Viering die elke 5 jaar plaatsvindt voor het bestaan van een vereniging, dispuut, etc. gevierd. Wordt vaak groot gevierd doormiddel van een lustrumreis en/of lustrumgala.
M
MASCQ = Minerva, Augustinus, SSR, Catena, Quintus. Afkorting voor de 5 grote gezelligheidsverenigingen op oprichtingsvolgorde.
Mensa = Latijn voor tafel. Een eetgelegenheid voor studenten. Vaak onderdeel van de universiteit of verenigingen.
Minor = Pakket van keuzevakken die je in je keuzeruimte kunt volgen.
Mores = Ongeschreven regel binnen studentenverenigingen of disputen. Het enkelvoud van mores is mos.
N
Nestor/Nestrix = Ander woord voor huisoudste; de huisgenoot die er het langste woont.
NKT = Na KennismakingsTijd. Wanneer je niet kunt deelnemen aan de KMT, kun je deelnemen aan de NKT.
Nominaal lopen = Je vakken volgens het reguliere schema halen. Als je je eerste jaar nominaal loopt, heb je aan het eind je Propedeuse in de pocket
P
Paardenkut = Mix van Spa Rood en Apfelkorn. Afkorting van paardenkut is PK.
Pedel = Draagt pedel staf en houdt orde in een zaal studenten, tijdens bijvoorbeeld een ALV of CoBo.
Penningmeester = Zie Fiscus.
Plexus = Een studentencentrum op Kaiserstraat 25 waar je terecht kan voor alle studentenzaken. Daarnaast kan je hier studeren, sporten en er is een universiteitswinkel. Ook wel Plex genoemd.
Plokje = Een kleine strik.
Politesse = Een kreet om een menigte tot stilte te manen. In te zetten aan bijvoorbeeld het begin van een vergadering, voor een mededeling of bij een verzoek.
Praeses = Ook wel preses. Het hoofd of de voorzitter van een vereniging,
dispuut of commissie. De praeses leidt onder andere vergaderingen.
Praesidium = In (rok)kostuum geklede mensen die een biercantus ‘voorzitten’
Profileren = Jezelf, je huis, je club in de aandacht zetten.
Prominent = Een aanduiding voor een persoon of object dat hoogstaand of zeer actief is.
Propedeuse = Je haalt je Propedeuse als je alle punten (60 EC) van je eerste studiejaar gehaald hebt. Ook wel bekend als je ‘P’.
Q
Quaestor/Quaestrix = Zie Fiscus.
R
Rap = Afkorting voor het Rapenburg: de bekendste gracht van Leiden, waaraan zelfs de koning heeft gewoond.
Rector Magnificus = De directeur van de universiteit.
Regelen = Zoenen.
Reünist = Ander woord voor oud-lid. Meestal reünist van een dispuut of vereniging.
Rokkostuum = Een herenkostuum, waarvan de jas als slipjas gemaakt is.
S
Semester = Collegeperiode van een half jaar.
Silentium = Zie politesse.
Sjaars = Een afkortintg voor eerstejaars.
Sociëteit = Het gebouw van een (studenten)vereniging. Afgekort als de ‘soos’.
Soggen = SOG staat voor Studie Ontwijkend Gedrag. Tijdens het soggen ben je bezig met andere zaken dan je studie.
Studieadviseur = Adviseur die je helpt bij studiegerelateerde zaken.
Studievereniging = Vereniging van je opleiding.
Stuko = Studentikoos .
Strepen = In de lucht een streep trekken door middel van bier gooien. Dit gebeurt wanneer mores overstreden worden
Studententien = Een 5,5 voor een tentamen.
T
Tenta = Een afkorting voor tentamen.
ThuisThuis = De plek waar je ouders/verzorgers wonen/ je ouderlijk huis. In het weekend gaan veel studenten naar ‘thuisthuis’. Ook wel afgekort als ThTh
Twaars = Een tweedejaars bij een vereniging, studie of in een studentenhuis.
U
UB = Afkorting voor de universiteitsbibliotheek.
Uni = Afkorting voor de universiteit.
Unit = Een voorwerp, bijvoorbeeld een biertje.
Uitbrakken = Rustig aan doen na een intense avond stappen.
V
Varsity = Roeiwedstrijd tussen corporale studentenploegen van verschillende Nederlandse universiteiten
Verticaal verband = Een groep studenten waarvan leden uit verschillende jaren lid zijn.
‘Vo’ = Kreet die te horen is bij verschillende studentenverenigingen op het moment dat je misschien zou willen applaudisseren. Afkorting voor Bravo.
Vrijmibo = Afkorting voor vrijdagmiddagborrel.
VVV’tje = Afkorting voor Vriendje Van Vroeger. Een aanduiding voor vrienden die uit je al kende voor je ging studeren.
W
WoCo = Wodka Cola.
Z
Zooien = Elkaar bij het jasje pakken en stoeien voor een plek???
Zwevertjes = Typisch Leids studentendrankje, dat in de Leidse kroeg ‘Roebels’ gedronken wordt.